Kazematten

De Kazematten behoren tot de oudste nog bestaande kanonkelders in Nederland. Zij maakten deel uit van de verdedigingswerken van het stadje Elburg.

#BezoekElburg

Musea | Musea en monumenten

Kazematten


In 1396 was Elburg een versterkte stad, omgeven door een relatief hoge, maar dunne muur. In deze muur bevonden zich rondelen en verdedigingstorens: de Visscherstoren – Schuttoren – Kruittoren – Ronde toren en het Hoge Soerel.

De stad had vier toegangspoorten, namelijk de Goorpoort, de Mheenpoort, het Oostpoortje en het Heilige Geestpoortje. De muren waren wel hoog maar niet bijzonder dik. Zij boden wel een goede bescherming tegen projectielen die door blijden en katapulten richting stad werden geslingerd. Maar zoals het tegenwoordig is was het ook toen al: de techniek stond niet stil.

Het buskruit werd uitgevonden en na 1400 kwam de opmars van kanonnen. Eerst bestond de munitie uit stenen kogels en al snel ging men over op ijzeren projectielen. Kortom, de muren waren niet meer bestand tegen de “moderne” wapens. Men besloot wallen op te maken in de eerste helft van de 16e eeuw, waarin bunkers werden gebouwd. Dit zijn dus de zogenaamde Kazematten, waarin men vuurgeschut plaatste. De gracht voltooide het geheel. Tussen 1580 en 1590 werden, onder leiding van Diederik van Sonooy, extra versterkingen gebouwd op de vier hoeken van de wallen. In 1592 bezocht Prins Maurits de stad en bezichtigde de verdedigingswerken. Het geleverde werk kon zijn goedkeuring wegdragen en hij noemde één en ander “een byzonder maexel”.

De Kazematten zijn niet regulier te bezichtigen. De meeste kans maak je in de zomervakantie. In de winterperiode is deze plek een heerlijke overlevingsplek voor onder andere vleermuizen. We storen de natuur dan niet.